Zonnecrème hoort bij een zonovergoten weekend. Maar hoe kies je uit het ruime aanbod? In de cosmetica-industrie goochelt men graag met wetenschappelijke termen, maar in mensentaal komt het hierop neer: het belangrijkste is de UV-bescherming die een product biedt.
UV-filters
Je hebt twee soorten filters: minerale en chemische, die elk op hun eigen manier beschermen.
Minerale of fysische filters (bv. titaniumdioxide, zinkoxide) zijn zeer fijn gemalen pigmenten die als een schild op de huid liggen en de UV-stralen tegenhouden door ze te weerkaatsen. Dat is de meest huidvriendelijke bescherming, maar niet noodzakelijk de meest gebruiksvriendelijke oplossing. Zonnecrèmes met minerale UV-filters hadden aanvankelijk een dikkere textuur die wat moeilijker uitsmeerde en soms een witte film achterlieten. Al is er de laatste jaren flink gesleuteld aan de texturen.
Chemische filters (bv octocrylene, Tinosorb, oxybenzone,cinnamaten, PAB’s, …) dringen door de huid om de energie te absorberen van de UV-stralen. Dat kan het risico op irritatie of allergische reacties verhogen.
Natuurlijke merken zweren bij minerale filters, maar dat zou geen optimale bescherming bieden. Een mix van beide filtertypes lijkt daarom een logische keuze.
Antioxidanten
Steeds meer merken zien ook het nut in van antioxidanten (bv vitamine C & E, resveratrol, betacaroteen, co-enzyme Q10, enzv). Deze bieden een bijkomende bescherming doordat ze vrije radicalen (veroorzaakt door de UV-stralen) gaan neutraliseren en zo verhinderen dat cellen beschadigd raken.
Hoewel zonnecrèmes een belangrijke omzet in de cosmeticasector vertegenwoordigen, evolueert de formulering redelijk traag. Er wordt vooral hard gesleuteld aan texturen, maar qua beschermingskracht is het triest gesteld. Veel merken gebruiken nog altijd dezelfde filters als enkele decennia geleden. Dat komt omdat nieuwe technologieën beschermd worden door patenten. Op die manier probeert men te vermijden dat concurrenten die nieuwste technologieën overnemen.
Tips voor een goede UV-bescherming
1. Kies voor een UV-bescherming met breedbandfilter. Dat wil zeggen dat de zonnecrème zowel beschermt tegen UVB- (zonnebrand) als UVA-stralen (huidveroudering). Grote merken zoals Roc, Nivea of Clarins bieden allemaal producten met breedbandfilters aan. De breedste bescherming vind je momenteel bij de Mexoryl-filters, gepatenteerd door de L’Oréal-groep (Lancôme, Biotherm en Helena Rubinstein in de parfumerie, Vichy en La Roche-Posay bij de apotheek en L’Oréal Paris en Garnier/Ambre Solaire in de grootdistributie.
2. Let op de UVA-bescherming. Het vermelde cijfer op de verpakking duidt de UV-B bescherming aan. Als een product ook UVA bescherming biedt wordt dat aangegeven, maar je weet niet in welke mate. Standaard zou dat een derde bedragen van de UVB-bescherming. Schandalig laag dus, eigenlijk zou dat omgekeerd moeten zijn. L’Oréal rondde vorig jaar een groot onderzoek over UVA- stralen af, dat tot de conclusie kwam dat UVA- stralen schadelijker zijn dan werd aangenomen.
3. Smeer je royaal in. De dosissen die men in het labo gebruikt om de UV-bescherming van een product te bepalen zijn immers groter dan wat de doorsnee mens gebruikt. In de praktijk ben je dus minder beschermd dan je denkt. Als je budget niet echt groot is, koop je producten dan in de supermarkt, drogisterij of apotheek. De flesjes zijn misschien niet zo luxueus en de texturen niet zo sensueel, maar de mate van UV-bescherming is zelden gerelateerd aan de prijs.
-Extra weetje: de Amerikaanse wetgeving is een pak conservatiever dan de Europese, de meest geavanceerde UV-filters zijn daar nog niet goedgekeurd. Als je op vakantie gaat naar de States, breng je dus best je zonneproducten uit Europa mee. Bovendien hanteert Amerika ook andere meetmethodes waardoor een factor 50 lager uitvalt dan een Europese factor 50.
