Anne Flipo, de parfumeur met een genereuze signatuur

Anne Flipo, parfumeur van onder andere Mademoiselle Rochas

Anne Flipo is een buitenbeentje in de parfumerie. Ze komt niet uit een parfumeursfamilie en groeide op in een klein dorpje in Noord-Frankrijk, ver weg van Grasse. Aanvankelijk trok ze naar het ISIPCA om een opleiding in aromacologie te volgen. Daar ontdekte ze dat haar interesse en talent vooral in het ontwikkelen van parfums ligt. Topparfumeur Michel Almairac nam haar onder zijn vleugels en stoomde haar klaar voor een carrière bij IFF, een van de grote geurproducenten. Daar klom ze op tot ‘Master Perfumer’, dankzij successen als Paco Rabanne’s Lady Million (ism Beatrice Piquet en Dominique Ropion) en Olympea (ism Doc Long en Dominique Ropion), Giorgio Armani’s Acqua di Gioia (ism Dominique Ropion), Lancôme La Vie Est Belle (ism Dominique Ropion en Jacques Polge), Chloé Love Story en YSL Manifesto (ism Loc Dong). Bij de lancering van Mademoiselle Rochas, kon ik Anne Flipo even spreken.

Wanneer realiseerde u zich dat u iets met geuren had?

Ik heb altijd al mijn zintuigen gebruikt: ik speelde veel piano en ging regelmatig tentoonstellingen bezoeken. Ook voor geuren en smaken had ik veel aandacht, aangezien mijn vader een banketbakkerij had. Op het ISIPCA ontdekte ik de verschillende ingrediënten en leerde ik formuleren. Dat vraagt een zekere behendigheid die maakt dat het eenvoudig lijkt. Ik heb constant ideeën en leer snel bij. Toch was het niet evident: ik kwam niet uit het wereldje, ik was een vrouw, etc. Het heeft zijn tijd geduurd om er te geraken.

Had u een mentor?

Ja, ik heb tien jaar met Michel Almairac bij Robertet gewerkt. Hij heeft me veel goede sleutels gegeven. Het is belangrijk dat je kan samenwerken met parfumeurs die zin hebben om hun ervaring met je te delen en je leren om goed te werken. Michel Almairac leerde me een gestructureerde formule op te bouwen. Dat is belangrijk. Daarna hangt het van jezelf af, niemand kan jouw werk doen. Het is eenzaam werken, maar het is ook heel belangrijk dat je omringd wordt met mensen die je feedback geven en kunnen bijsturen. In 2004 ging ik voor IFF werken, waar ik toegang kreeg tot grote projecten en in team leerde werken met andere parfumeurs. Daar heb ik ook veel van geleerd. Je hebt een savoir faire waar je op kan terug vallen, trucjes om ergens snel te geraken. Dan laat je het idee wat sudderen en stuur je het bij naargelang de briefing. Je werkt niet meer in het ijle.

Hoe zou u uw stijl beschrijven?

Ik werk in functie van de stijl van het merk. Daarnaast heb ik natuurlijk wel mijn eigen signatuur. Hoe ouder ik word, hoe kleiner mijn palet zal worden, omdat ik steeds efficiënter leer werken. Mijn sterkte is mijn intuïtie, denk ik. Ik houd van mensen en probeer dingen te maken die zoveel mogelijk mensen aanspreken. Het is zeer moeilijk om commerciële successen te maken, maar ik vind het leuk om aan grote projecten te werken die een breed publiek bereiken en gedragen zullen worden.

Maar u hebt ook voor nichemerken zoals L’Artisan Parfumeur, Jo Malone en Ego Facto gewerkt. Is dat een andere manier van werken?

Ja, absoluut! Het grote verschil is dat je maar met 1 persoon werkt, die jou gekozen heeft omdat ze vindt dat je ergens goed in bent. Zowel bij L’Artisan Parfumeur als bij Jo Malone kon ik samenwerken met iemand waar het goed mee klikte. Het is best wat stress, maar je geeft je altijd toch helemaal voor iemand die je graag hebt.

Welk parfum zou u maken wanneer u carte blanche krijgt?

Iets met ‘de la gueule’ (karakter), maar wat de mensen kunnen verstaan. Een parfum met persoonlijkheid, maar dat tegelijkertijd elegant en toegankelijk is. Dat vind ik belangrijk. Ik kom uit een eenvoudig milieu, ben niet etherisch of intellectueel. Parfums zijn voor mij geen kunstwerken -hoewel ze dat soms kunnen zijn-, ze moeten lekker ruiken. Wanneer ik een parfum op de huid ruik beeld ik me in dat ik een klant in een parfumerie ben. Dan vraag ik me af of ik het zou kopen. Anders is het niet goed.

Wat is dat, een goed parfum?

Uiteraard zijn goede materialen belangrijk, maar het geheim zit in de formule. Die moet duidelijk zijn, alle ingrediënten moeten hun plaats hebben. Je moet weten wat je moet gebruiken, net als een kok: zijn tomaten, basilicum, mozzarella en olijfolie moeten smaken naar de zon!

Lees ook:

Verrassende geuren voor avonturiers

Roger & Gallet Extraîts de Cologne

Mademoiselle Rochas geeft het oude couturehuis een verjongingskuur

Dit artikel delen op
Sofie Albrecht
Sofie Albrecht